Weer on tour

4 juni 2022 - Agia Kiriaki, Griekenland

Vanochtend hopen we toch iets meer bijtijds op pad te komen. Niet omdat we een grote afstand af willen leggen, maar om ook eens op tijd ergens lekker te staan.

De gebruikelijke taferelen van lossen en laden, want we gaan weer vrij staan en dan vooruit richting zuidelijkste puntje van de Pilion.

Al na een paar kilometer komen we in Alissos, een havenplaatsje. Hier drinken we onze koffie op een terras en het smaakt heel,goed. We gaan verder langs de kust, voor zover dit mogelijk is. Er zijn wel afslagen, maar die zijn niet altijd vertrouwd om in te gaan, ook niet als het een dorpje is. De route is onbeschrijfelijk mooi. De weg is niet zo goed, maar goed te doen. Voordat de weg zich in tweeën splitst, waar je het schiereiland rond kunt rijden en waar je verder zuidwaarts gaat, komen we in Milina. De terrassen liggen langs de weg. Een mooie plek om te lunchen. We gaan eten bij een visrestaurant. De ober vraagt wat we willen eten. Als we vis willen nodigt hij ons mee naar binnen en zal hij ze laten zien. Zo het hoort in een visrestaurant. Diverse lades met verschillende soorten vis in ijs gelegd. Ziet er goed uit. Meest al krijg je vis zo die is, maar in dit geval krijgen we advies. Er is dorade.Lekker. Maar de ober prijst een andere, mij niet bekende vis aan. Je hebt een kg voor twee personen nodig. Samen met de geadviseerde vis nemen we er een red snapper bij, ook lekker. We worden met alle egards bediend. Twee minuten voordat er wordt opgediend wordt dit ff gemeld. Hm, netjes.Kan ik nog even naar toilet. Vooraf hadden we een soort van smeuïge saus voor op een broodje. Volgens ons zei de ober dat het taramasalade heet, maar ik kan het niet vinden. In ieder geval smaakt het heerlijk. Het is gemaakt van viseitjes etc.

De vis en de aardappelsalade zijn werkelijk verrukkelijk. Fruit na. We hebben super geluncht.

De vis werd dan ook duur betaald. Maar voor een keertje mag dit best.

We rijden verder en ik ben benieuwd hoe de weg naar het zuiden zal zijn. Niet veel mensen gingen ons voor. De vrije camperplaatsen op park4night zijn lang geleden bezocht en voor busjes geschikt, behalve eentje bij Agia Kyriaki, het meest zuidelijke vissersdorp. Daarbij wordt door iedereen aangegeven dat je het dorp niet via de ene kant, maar via de andere kant moet benaderen, anders rij je in een fuik en kom je er niet meer uit. We moeten, zo wordt er gezegd via Trikeri, dat is om, maar de juiste weg. Doen we. 
Na de splitsing is de weg redelijk en het landschap is zo mooi, dat ik het niet kan omschrijven.We vallen van de ene verbazing in de andere. Stijl,op en neer en allemaal bochten, deels door het binnenland, deels met zicht over zee. Dat de wereld zo mooi kan zijn is bijna niet te bevatten. Trikeri ligt bovenop een berg. Als we daar aan komen zijn beide navigatiesystemen helemaal in de war en wij ook een beetje. Het straatje door het dorp is zo smal dat we net door passen. We gaan vragen, maar ja, dan moet er wel iemand zijn. Veel dorpjes raken ontvolkt en worden dus maar minimaal bewoond. We nemen de gok.Uiteindelijk stond Agia Kyriaki ook rechtdoor aangegeven, dus moet het te doen zijn. Dat is het gelukkig ook. Mooi, mooi, mooi. Uiteindelijk komen we in Agia en ja hoor…………van de verkeerde kant. Een man komt aangerend, bang dat we over z’n terras van de taverne gaan rijden. Nee, we kunnen echt niet verder. Tja, dat zien we zelf ook. We moeten keren en via de andere kant naar het dorp. 15 km omrijden via Kottes.De lieve man verplaatst het een en ander, geeft aanwijzingen met draaien en geeft ons een briefje mee met daarop getekend hoe we moeten rijden. Aan de navigatie hebben we heeeeelemaaaal niets. Dan komt de afslag Kottes. Hiep hoi. Naar beneden. Eenmaal beneden komen we in een nauw steegje waar een man in allerlei rommel aan het vegen is en die ons aankijkt met zo’n blijk van: wat moeten die hier nu”. Gelukkig is er iemand die ons zegt hoe we moeten rijden. Het dorp weer uit en drie km verderop afslaan naar Agia K. Het draaien gaat net.

Hetgeen ons werd gezegd, klopt. Het staat op een miniscuul klein bordje in het Grieks aangegeven en alleen vanaf deze kant. Griekse logica. Navi weet van niks.

 De weg gaat stijl omhoog, de camper zucht en steunt, maar redt het. Gelukkig, we zijn boven. We zien Agia liggen, maar dat betekent niet dat we er meteen zijn. Echter zonder problemen met fabelachtige uitzichten komen we op een kersvers aangelegde parkeerplaats aan een strandje waar nog een camper staat. Zo’n km van  het dorp verwijderd, waar we overigens wel het zicht op hebben. 
Wat een plek. Verhard, maar daardoor mooi schoon, dus geen klittengedoe. Douche voor de deur, wat wil je nog meer. Dat de hoofdpijn ophoudt en dat de vliegen die elke dag in grotere getale zijn, weg gaan. We kunnen mooi in de schaduw van de camper zitten en draaien later om, omdat we morgenochtend schaduw op de deur hebben en een boom ons eveneens schaduw biedt. 
Ons uitzicht is fantastisch en de zonsondergang belooft mooi te worden, ware het niet dat een wolk op het moment suprême de zon aan het zicht onttrekt. Mooi is de lucht evengoed. 
We zwemmen een paar maal, want het is erg warm. Zelfs Nouz weet van geen ophouden.

Na het eten lopen we even naar het dorp. Het wordt bijna saai om te zeggen, maar wat we hier aantreffen is bijna niet te beschrijven. Het einde van de wereld hier. Er is één straatje door het dorp. authentieker kan het niet. De rest is alleen maar steegjes. Witte huizen met blauwe deuren, daar hebben we ze dan toch eindelijk. Oudere vrouwen in het zwart gekleed, eentje zit met een vliegenmepper. Ze heeft ook last van de vliegen. Even verderop loopt een oude man in onderbroek en sokken, tandeloos, mogelijk slechtziend, zich vasthoudend aan de muur over het straatje. Op onze terugweg heeft een vrouw hem in de arm om hem naar huis te krijgen. Hij schreeuwt moord en brand. Oh, wat erg. Ik ben bijna geneigd om te vragen of we kunnen helpen, maar het zal mogelijk vaker omgaan en het zou mogelijk ook denigrerend zijn. De dorpelingen kijken er niet of nauwelijks naar om. Het gaat me vreselijk aan het hart. Dat het toch zo kan gaan, in Europa nog wel.

We ontmoeten de man die we eerder op de dag aantroffen nog even.

De vissershaven is erg groot voor zo’n klein dorp. Dit doet vermoeden dat iedereen hier leeft van de visserij, of bijna iedereen, want er is ook een aanzienlijke werf. 

Als we terug bij de camper zijn, moeten we hetgeen we allemaal gezien hebben nog op ons in laten werken. Het was veel.

Het blijft nog lang warm, dat belooft wat voor de komende nacht.

Foto’s

4 Reacties

  1. Ingrid:
    4 juni 2022
    Prachtig weer geschreven
  2. Henny:
    5 juni 2022
    Dank. Ik heb het mannetje stiekem heel ff op video.
  3. Rika:
    5 juni 2022
    Maar goed dat Clemens zo'n goede chauffeur is met al die kleine, bochtige en steile weggetjes. Prachtige reis en leuk beschreven Henny, mijn complimenten 😍
  4. Henny:
    5 juni 2022
    Dat doet hij zeker heel goed. Menigeen zou het op verschillende plekken niet gered hebben. Heb nu ook video’s geplaatst.
    Dank je.